Puzzel
Tijdens het eerste jaar op de universiteit werd ik begeleid door een oudere-jaars student, mijn mentor. Wim heette hij.
Wim had drie jaar nagedacht over een puzzel zonder het antwoord te vinden. De puzzel ging zo:
Er zijn twaalf knikkers, allemaal zien ze er hetzelfde uit. Eén knikker heeft echter een ander gewicht, die is óf zwaarder óf lichter. Het verschil is niet te zien en niet te voelen. Er is een balansweegschaal en de knikkers kunnen ten opzichte van elkaar gewogen worden. Je mag drie keer wegen en daarmee moet je altijd te weten komen welke knikker afwijkend is.
Ik herkende de puzzel, ik had hem al eerder gezien. Als kind en tiener ging ik regelmatig logeren bij mijn tante Tonnie en ome Geert in Lent. Ome Geert was dol op tellen en puzzelen. Ik had hem een keer die puzzel zien uitwerken, maar had er toen niet zoveel aandacht voor.
Als student in Amsterdam waren de weekenden thuis voor mijn ouders. En zo kwam het dat ik tante Tonnie en ome Geert jaren niet meer zag. De mobiele telefoon was er nog niet en afstanden waren nog echt afstanden. Het lot bracht me echter terug naar Zevenaar en er kwam weer tijd voor bezoekjes.
Ome Geert was inmiddels 95 jaar oud en stokdoof. Zelfs hoorapparaten hielpen niet. Hij zat in een leunstoel met zijn hoofd achterover vreemde geluiden te maken. Tante Tonnie vertelde dat hij zichzelf niet meer kon horen.
Ik kocht een klein whiteboard met stift en ging terug. Weer zat ome Geert in zichzelf te roepen en te kermen. Ik stootte hem aan en schreef op: Hoe gaat het met u?
Onmiddelijk kwam hij terug in de wereld. Goed
, zei hij. Hij keek me blij verrast aan. Het whiteboard werd mijn stem en hij hoorde mij met zijn ogen. Het werd zoals vanouds heel gezellig.
Tante Tony stierf helaas niet lang hierna en ome Geert bleef alleen achter. Bezoek vond hij heerlijk. We kwamen erachter dat het geluid van de trekharmonica wel tot hem door kon dringen. Ik speelde en hij sloeg de maat.
Op een dag kreeg ik een inval.
Ome Geert
, schreef ik, kent u nog die puzzel, die met die knikkers?
Hij knikte instemmend en begon direct het hele whiteboard vol te tekenen met diagrammen, pijlen en cijfers.
Daar stond het, voor mijn neus! De uitwerking van de puzzel, waar mijn oud-mentor, inmiddels hoogleraar te Maastricht, jarenlang over had nagedacht.
Ik keek om me heen, op zoek naar pen en papier. Ik zag echter niets! In die tijd kon een mobiele telefoon helaas nog geen foto’s maken.
Naast me hoorde ik: En hoe gaat het eigenlijk met jou?….
Zuchtend veegde ik het whiteboard schoon en schreef: Goed hoor, ome Geert. Het gaat prima.
De kostbare oplossing moest wijken voor een vriendelijk antwoord.
Op 7 oktober 2022, twee dagen voordat ik een grote operatie moest ondergaan, heb ik de puzzel opgelost. Ome Geert was toen al meer dan twintig jaar dood.
De oplossing staat op een stukje papier, ergens onder een stapel, thuis op mijn bureau.